Klompendans
Donderdag begon in Den Haag het Surinamefestival. De opening bestond uit een groot dansspektakel met dansen uit allerlei culturen. Onder andere de Nederlandse, vertegenwoordigd door Pieremachochel. En ik was erbij.
Donderdag begon in Den Haag het Surinamefestival. De opening bestond uit een groot dansspektakel met dansen uit allerlei culturen. Onder andere de Nederlandse, vertegenwoordigd door Pieremachochel. En ik was erbij.
Vanmiddag was ik, met een heel gelegenheidsensemble bestaand uit twee slagwerkers, saxofonist, twee trombonisten, een tubaspeler en een trompetteraar, bij Omroep Brabant, om Lo’Ann te begeleiden bij een live-registratie van haar carnavalskraker Marie doe dè toch nie. De hele uitzending is nog een week terug te luisteren via de site, rond de 45 minuten. Voor de ongeduldigen hier een stukje.
De CD-single kan overigens bij Lo’Ann besteld worden. Nu bestellen, nog voor carnaval in huis!
Onlangs was in Lombok De 507 Levensliedshow voor complex 507, het grote broertje van complex 501. Dit was een project van Else Huisman voor Stichting Wishing Well West, een culturele stichting in de wijk.
En wie mocht er optreden in deze grote levensliederenshow? Juist, Martin van Doorn, de Utrechtse volkszanger bekend van de grote hit Dat is mijn Utrecht.
Speciaal voor de gelegenheid had violist Joep Belien het lied “Ik hou van Lombok” geschreven, op de melodie van Ik hou van Holland (melodie: Willy Schootemeijer). De achtergrondmuziek werd verzorgd door Joep Belien zelf (viool), Johan Verbeek (gitaar), Gerard Prins (cajón) en mijzelf (accordeon). Het resultaat van dit gelegenheidskwartet (samen met Martin van Doorn dus) is inmiddels voor de hele wereld te bewonderen:
Update: inmiddels staat ook onze uitvoering van Mijn Utrecht op de site, maar het origineel is toch net wat beter.
Binnenkort in de betere platenzaak: de studio-opname van Marie. Dat is de nieuwe hit van de Utrechtse zangeres Lo’Ann (die naar verluidt ook zanglessen geeft). De tekst van de gegarandeerde carnavalskraker luidt:
Marie, Marie, Marie,
Marie doe dat toch niet.
Neem nou die boxershort,
En doe die string nou niet!
De hit was zelfs al te beluisteren bij Paul de Leeuw. En afgelopen woensdag was dus de studio-opname, in Studio Moskou. En raad eens wie de accordeonpartij inspeelde.
Alweer een Amuzevoorstelling! Het is al een paar weken geleden, maar toch het vermelden waard. Hoewel het verhaallijntje (hoewel van Shakespeare) dit keer iets minder boeiend was dan vorig jaar, maakte de locatie, de tuin van Slot Zuylen, alles goed! En ook het grandioze bugelspel was om over naar huis te schrijven. Hierbij.
Afgelopen dinsdag deed het Groot Academisch Staatskoor Moskou de provinciestad Coevorden aan. Dit was georganiseerd door de Lionsclub aldaar, voor het goede doel. En ik was erbij.
Het koor, onder leiding van Andrej Kozjevnikov, deed Coevorden aan in een tour die ook naar Raalte, Oldenzaal en Baden Baden voert. Voor de pauze zong het koor vooral klassieke liederen (Bach, Mozart, dat werk), en na de pauze mooie bewerkingen van Russische volksmuziek. Maar misschien wel het mooiste lied zongen ze aan het eind. Ik was wat verbaasd dat mijn moeder het—overigens loepzuiver—meezong, maar ze vertelde later dat het het bekende lied Mijn Nederland was (bekend van de beginregel Waar de blanke top der duinen, die weer bekend is van Herman Finkers). Voor de liefhebbers een luisterversie van Jeroen Zijlstra (uit Durgerdam)
Toen ik een maand of wat geleden langs Bolsward reed, vroeg ik me af hoe het liedje over “Het paard vab de waard in Bolsward” alweer ging. Ik wist nog:
Het paard van de waard in Bolsward, in Bolsward, in Bolsward,
Het paard van de waard in Bolsward, dat heeft maar ene …
Waarvan dat beest maar één had, kon ik niet meer bedenken. Eén oog zou kunnen, maar levert weinig perspectief voor een logisch couplet. Eén poot (pardon, been) zou het verhaal wel erg sterk maken. En één staart, tsja, dat is geen liedje waard…
Een internetzoektocht naar de tekst leverde geen tekst op. Pas na een aantal weken kwam ik op het idee om terug te gaan naar de bron: de meester van de basisschool die me dit liedje heeft geleerd. Die heb ik gisteren eens opgebeld. Hij zingt het liedje niet meer op school, maar wist zich nog een deel van de tekst te herinneren:
Het paard van de waard in Bolsward, in Bolsward, in Bolsward,
Het paard van de waard in Bolsward, dat heeft maar ene tand.
Geef ‘m pap van haver, of gemalen klaver,
Of gestoofde stokvis, als z’n honger erg is.
Een herziene internetzoektocht leverde een geluidsopname van Helga Buitelaar. Zij zingt verder:
En dus kan ‘t beest niet eten, niet eten, niet eten,
En dus kan ‘t beest niet eten, niet eten van het land.
En de boer wou ‘m niet houden, niet houden, niet houden,
En de boer wou ‘m niet houden, en deed hem van de hand.
Geef ‘m pap van haver, of gemalen klaver,
Of gestoofde stokvis, als het beest maar vet is,
En we brengen ‘m naar de slager, de slager, de slager,
En we brengen ‘m naar de slager, die maakt ‘m wel van kant.
Toen kwam er een lepe tandarts, een tandarts, een tandarts,
Toen kwam er een lepe tandarts, die zei “Niks aan de hand.
Geef ‘m pap van haver, of gemalen klaver,
Of gestoofde stokvis, als je beest je lief is.”
En hij gaf ‘m weer een paar tanden, een paar tanden, een paar tanden,
En hij gaf ‘m weer een paar tanden, en het kwam zelfs in de krant.
Ik vermoed dat het liedje zelfs nog verder gaat (geen wonder dat ik de tekst vergeten was), maar ik weet niet hoe. Wie het weet mag het zeggen.
Helaas ben ik m’n Nano dit keer. Die draag ik nu elke dag als ik op het ritme van de muziek naar de UvA wandel. Vooral bij liedjes van Johnny Cash doet zich daarbij soms het probleem voor dat m’n voeten precies verkeerd om lopen: rechts op hoem- en links op -pa (of resp. boom, cha). Dat hoort natuurlijk andersom, maar het wisselen van m’n voeten is nog best lastig (het is uiteraard niet toegestaan om even te stoppen). Ik oefen nog op de ideale huppel.
Lopend langs een fruitkraam met mandarijnen moest ik gisteren denken aan het liedje Oh my darling Clementine (geen idee waarom). Ik vroeg me af wat het woord forty-niner in de derde zin betekent:
In a cavern, in a canyon,
Excavating from a mine,
Lived a miner, forty-niner,
And his daughter Clementine.
Ik heb het aan Sara gevraagd, zij is nogal thuis in Amerikaanse geschiedenis. Ze wist het me sneller dan Wikipedia te vertellen, een forty-niner is iemand die in de Gold Rush in 1849 naar Californië trok om goud te zoeken.
Een mooi muziekje voor tijdens de Kerst: Fouke heeft Lady Madonna van de Beatles gecoverd. Hij had in een paar boeken gelezen hoe alle microfoons en schuifjes stonden tijdens de originele opnamesessies in 1968. Dat wilde hij ook proberen. Op YouTube leerde hij de pianopartij, drummer Wouter van A Few Rooms speelde de drumpartij in, en kennis Ron, die saxofonist is bij een band die in de jaren ’70 al beroemd was, heeft de saxofoonpartijen ingespeeld. De gitaren en zang heeft Fouke nu zelf gedaan, inclusief de stukjes pa-pa-pa-paaa. De rest van het verhaal vertelt Fouke zelf. De eerste versie staat al online. Ik wacht vol spanning op de definitieve mix, en natuurlijk op de karaoke-versie.