Zoals elk jaar ben ik ook dit jaar weer bezig met de Kerstpuzzel van het Dagblad (voorheen Nieuwsblad) van het Noorden. Deze puzzel bestaat uit een stuk of 30 plaatjes, die cryptisch een woord uitbeelden. Voorbeeld uit 2006: het plaatje bevat een Dom in zee. Rechtsonder staat een z onder een z, ofwel zonder z. Dat maakt Dominee (het thema was dat jaar “beroepen”).
Het ene plaatje dat ik nog niet snap staat hieronder. Het moet een deel van het menselijk lichaam of een kwaaltje voorstellen, het woord moet tien letters hebben, en volgens mij is de tweede letter een i.
Een mooi muziekje voor tijdens de Kerst: Fouke heeft Lady Madonna van de Beatles gecoverd. Hij had in een paar boeken gelezen hoe alle microfoons en schuifjes stonden tijdens de originele opnamesessies in 1968. Dat wilde hij ook proberen. Op YouTube leerde hij de pianopartij, drummer Wouter van AFew Rooms speelde de drumpartij in, en kennis Ron, die saxofonist is bij een band die in de jaren ’70 al beroemd was, heeft de saxofoonpartijen ingespeeld. De gitaren en zang heeft Fouke nu zelf gedaan, inclusief de stukjes pa-pa-pa-paaa. De rest van het verhaal vertelt Fouke zelf. De eerste versie staat al online. Ik wacht vol spanning op de definitieve mix, en natuurlijk op de karaoke-versie.
De onjuistespatievanhetjaarverkiezing komt er weer aan! Op www.spatiegebruik.nl kun je je stem uitbrengen. Helaas staan niet al mijn favorieten ertussen.
Een tijdschrift die de oproep “Volg je eigen type cursus” plaatst, maar die vervolgens iedereen oproept een typecursus te doen (en dat is toch niet echt mijn type cursus).
De website “De Pierewaai”, wiens pagina je ook in een vriendelijke versie kunt bekijken.
Een bedrijf dat zo hard groeide dat zijn medewerkers te kort werden.
Arthur zat deze weken in Leuven, en Brenda en ik zijn een tijdje geleden een weekendje op bezoek geweest. Hij logeerde in een voormalig klooster, waar broeder Omer de dienst uitmaakte. Arthur had geregeld dat wij ook in het klooster mochten logeren, maar had gewaarschuwd dat het erg klein was: hij woonde twee maanden in een kamer van zes vierkante meter. Echter, omdat Brenda en ik met z’n tweeën zijn, kregen we een grotere kamer, ongeveer zo groot als ons huis. Ik heb zelf bedacht dat het wel de kamer van de abt of moeder overste geweest zal zijn. Het zal wel de abt zijn geweest.
In het klooster hebben we veel boerenbridge gespeeld, met als verrassende uitkomst dat Brenda ook een keer gewonnen heeft. Voor de adembenemend spannende strijd tussen Arthur en mij, zie nevenstaande grafiek.
Vorige week zondag was er een grote oefening van het Rode Kruis. Deze oefening was op het Fort Vechten, samen met het Veterinair Reddingshondenteam. Zeven Lotus-slachtoffers en een reanimatiepop hadden zich op het terrein verstopt, om door de reddingshonden gevonden te worden. Hun begeleiders lieten vervolgens aan ons, de EHBO’ers, weten waar het slachtoffer lag, om door ons verder geholpen te worden. Een voorbeeld van de communicatie:
Hallo, hier hondenteam 1, wij hebben hier een dooie bij de REDULT, over.
Hier centrale post, ik begrijp dat jullie een bewusteloos slachtoffer zonder ademhaling hebben, ik stuur een team naar de RED-UIT, over.
Dat is begrepen, wij wachten hier, over.
Prima, over en uit.
Waarop ik met mijn maat naar het reduit werden gestuurd. Daar lag Resusci Anne, met ook nog een afgerukt been. Ik ben meteen begonnen met reanimeren, nadat ik even wat hondenkwijl van het gezicht had geveegd. Andere verwondingen waren een verbrand oog, een slachtoffer in shock, iemand die eenzijdig verlamd was geraakt, en eentje met een stalen pijl door haar arm. Gelukkig zaten ze ‘s middags allemaal gezond aan de koffie.
Ik sta op internet! Zie het volgende filmpje van vk.tv (van de Volkskrant):
Ik heb dus meegewerkt aan de tentoonstelling Boeiende Bagage in het Universiteitsmuseum. In een van de panelen heb ik iets geschreven, voor een doelgroep van 12- tot 80-jarigen, over datacompressie met wavelets, in het bijzonder JPEG 2000 (maar dat heb ik niet met naam genoemd omdat de term inmiddels al ouderwets klinkt).
Wie iets meer hierover wil weten kan tot 2015 kijken in het universiteitsmuseum. Op verzoek geef ik een rondleiding.
Ik zat net, op een zeldzaam avondje vrij, te luisteren naar het prachtige radioprogramma Twij deuntjes veur ain cent (uiteraard op Radio Noord). Daar kwam het geweldige nummer Bie de Lidl van Voorheen de Bende voorbij. Voorheen de bende was vroeger De bende van Baflo Bill, o.a. van het nummer Duddelip (hier in een uitvoering van HEM, Hessels Eerste Mannenkoor – voor de liefhebber). En die Bende van Baflo Bill was vroeger Rooie Rinus en Pé Daalemmer. Met bijvoorbeeld het juweeltje Zo ain as doe. Van die laatste hieronder een fragment.
n stuk of wat vratten op dien baaide linkerhanden
n haile dikke poest op dien rechterbil
en in dien mond doar ontbreken n poar tanden
ast wat tegen mie zegst din vlaigen de sputters op mien bril
vieze vette hoaren dai vind ik voak in keuken
peuterst in dien neus, ast eten veur mie kookst
kroep ik op bèr din vind ik van die gore peuken
omdastoe veur het sloapen eerst nog n sigaretje rookst
moar het gekke is wicht, mit die bin ik tevree
want zoas doe is der in t haile land gainain
nee t gekke is gré, mit die bin ik tevree
al is t ook nait aaltied rozegeur en moaneschien meschain
Ik heb vandaag, net als vorigejaren, de Stamppotrally in Drenthe gereden. Deze rally wordt elk jaar door de Lions in Coevorden, en in het bijzonder door mijn vader, uitgezet. De opbrengst gaat naar het goede doel. Dit jaar deden er 59 equipes mee, waarvan een hele hoop in oldtimers.
Het idee van zo’n rally, je mag ook gerust puzzeltocht zeggen, is dat men een parcours met een voorgeschreven (bescheiden) gemiddelde snelheid moet rijden. Dat parcours, zo’n 200 kilometer, wordt door middel van het bolletje-pijltjesysteem aangegeven. Er zijn nog een paar complicerende extra opdrachten: om te controleren of men daadwerkelijk het parcours aflegt (en niet rechtstreeks naar het stamppotrestaurant rijdt) staan onderweg bordjes, ter grootte van een halve ansichtkaart, met daarop een letter. Die moeten genoteerd worden. Verder moesten we nog 8 foto’s herkennen, en was er een speciale behendigheidsproef.
De behendigheidsproef was losjes gebaseerd op het oud-Friese ringsteken. Langs de oprit van m’n vader stond een kledingrek met daaraan 6 kledinghangers. Die moesten vanuit een rijdende auto opgepakt worden, en in een emmer een eindje verderop gedeponeerd worden. De moeilijkheid voor de bestuurder zit er hierbij in de auto zo langzaam mogelijk te laten rijden, en voor de bijrijder is het de kunst om zo ver mogelijk te reiken zonder iets te verrekken.
Ik was zoals altijd bijrijder, en had van m’n zusjes al een succesformule gehoord: draai het autoruitje helemaal open en ga in de opening zitten. Dat hadden ze iemand met veel succes zien doen. Achteraf denk ik dat die persoon waarschijnlijk in een cabriolet reed. Het bleek namelijk dat je zittend in de rijdende auto moest beginnen. Ik heb, als een ware Houdini, mezelf helemaal (met uitzondering van m’n linkerbeen) door het autoruitje gewurmd. De kleerhangers vormden vervolgens geen uitdaging meer.
En dan nu de uitslag, want daar gaat het natuurlijk om: Jaap en ik zijn twaalfde geworden. En de stamppot was heerlijk.