Ik bedoel dus dat ik ben gesticht. En wel in het socialisme. Ik had met Liefke muziekjes zitten luisteren, en daartussen staat—onder veel andere—De Internationale van Jaap v.d. Merwe staan (ik kan me niet voorstellen dat op de MP3 hiervan auteursrechten rusten). ‘s Avonds hebben Liefke en Kornee ook nog wat andere liederen voor me voorgezongen, van de achterkant van de Vara-elpee De rooden roepen, waaronder het Marianne-lied en De Eerste van Mei. Van dat laatste lied staat de tekst nog niet echt op internet, dus hierbij:
Een dag is ‘t van vreugde
een dag is ‘t van strijd
een dag aan het ontwaken der volkeren gewijd
een dag van verzet voor geknechten!
zij leggen gereedschap en werkpak aan kant
en donderend klinkt het door stad en door land
ten strijd voor uw heiligste rechten!
Een dag zijn we vrij, de eerste van Mei
en juichen in weer wil van lijden en tranen
het krijgsgeluk is met onz’ arbeidersvanen
Verder het lied nog van de Moorsoldaten. Ik was nog niet op de hoogte van deze geschiedenis, die toch vlak bij huis heeft plaatsgevonden. Meer hierover is de zien in de TV-uitzending van Adam’s Appel, of hier te lezen. Of het lied zelf is hier, of mooier hier te beluisteren. Indrukwekkend.
Ik werd er overigens aan herinnerd dat mijn opa Folchert ook een echte socialist was. Van hem heb ik een pennenbakje, en op de bodem daarvan lag het volgende fragment van een aantekening: Opget. uit mond van 3 flinke wegenbouwers van omstreeks 25 jaar. Waren bang dat werkers ontevreden zouden worden. Leek hun absurd dat 1/4 (1/2) van de werkende bevolking slechts werkten, zagen best dat de welvaart achteruit gaat, maar kan slechts gezond, door alle mensen die kunnen werken aan ‘t werk hoorden te zijn. Inleveren voor die werken, zagen zij als noodzak.